Vergeet niet dat je gewoon mens bent.

Een persoon met mentale problematiek krijgt een diagnose, maar een diagnose is niet de persoon. De diagnose zegt iets over de problematiek die de persoon heeft, het zegt iets over de signalen die een persoon ervaart. De persoon is geen lijstje met signalen, elke mentale problematiek is voor ieder persoon anders, ervaart het anders, voelt anders, heeft andere uitingen.

Ondanks de mentale problematiek en tegenslagen die u te verwerken heeft, ben u gewoon mens. Door de problematiek en hulp die u krijgt kan het gevoel soms anders zijn. Een persoon met problematiek kan zich veel minder gehoord voelen, of iedereen het weet, dit kan een persoon erg onzeker maken. Op mentale problematiek heerst taboe waardoor vele onderwerpen niet besproken kunnen worden, een persoon moet de gevoelens en emoties vaak opkroppen of zelf een weg in vinden. Naast de taboe heerst er veel vooroordelen over diagnose, hierdoor kan een persoon veel minder zichzelf zijn en zich uiten.

Wanneer een persoon mentale problematiek heeft en zich blijft gedragen als een gewoon mens is het voor de persoon makkelijker vol te houden dan toe geven aan het ziek zijn, het ziek voelen, een persoon kan hierdoor meer of sneller opgeven, het uitzichtloos gaan zien. Mentale problematiek is niet aan de buitenkant zichtbaar, alleen bij zeer ernstige gevallen, hierdoor weet niemand van de problematiek als u het niemand verteld, hierdoor kunt u gewoon verder leven als gewoon persoon waar niks is veranderd. Met of zonder problematiek de wereld is er voor iedereen.

Naast de mentale problematiek blijven dingen gewoon normaal, als het even tegenzit kan dit meerdere oorzaken hebben, het hoort bij het leven, niet bij de problematiek of diagnose. Het is belangrijk een grens te hebben in problematiek en wat hoort bij het dagelijks leven. Het mag gewoon dat u zich een dag minder lekker voelt, geeft het duidelijk aan en stel uw eigen grenzen wat voor u goed voelt. Stel grenzen wanneer u niet wilt praten over een onderwerp en geeft duidelijk aan wat het doet, vraag om begrip voor de situatie.

Zoek dingen die voor u goed voelen, die u motiveren, die u kunnen helpen, die voor u de dag beter maken, probeer van deze dingen zoveel mogelijk gebruik te maken om meer grip op gedachten en signalen te krijgen en hierdoor meer balans in het dagelijks leven. Houd hiervoor een signaleringsplan, schema en een positief dagboek bij. Zeg dagelijks tegen uzelf: ‘ik ben goed genoeg, ik geloof in mezelf en ik houd van mezelf.’